woensdag 12 december 2012

Life goes on

"Hoe lang gaan we door met onze blog?" E. en ik hebben het er al een paar keer over gehad, maar weten het niet goed. Ik heb bezworen níet uitsluitend te gaan verhalen over de slaapjes, lachjes, vieze luiers en flesjes van de kleine S en de eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat juist dat soort onderwerpen het leeuwendeel van zijn dagelijkse beslommeringen beslaan. Zelf kruipen we nog regelmatig in een soort lichtblauwe bubbel en roepen daarbij "oh en ah", maar ik kan me voorstellen dat dat soort berichten snel verveelt. Het lukt ons verder ook heel aardig het 'gewone' leven, mét baby, maar ook met al die andere zogenaamd belangrijke zaken weer op te pakken. Zowel wij als E en B. Helaas kamp ik met twee pijnlijke nekhernia's, rechts en links, is E vorige week lelijk in de sneeuw uitgegleden en heeft haar arm daarbij gebroken, maar verder gaat het best heel goed. Gelukkig zijn en/of worden veel dingen ook weer als ze waren vóór het "S-tijdperk". Tenminste, soms dénk ik dat de dingen hetzelfde zijn gebleven en dat wij ook weer de oude zijn. Maar tegelijkertijd, als ik daar over nadenk, merk ik dat dat toch vaak ook nog niet zo is. Neem mijn emoties. Ik blogde er al eerder over. Mensenlief, wat schiet ik nog vaak vol. Gewoon nog steeds. Letterlijk of in gedachten. Bij mijn "3-minutengesprekjes" met S als ik hem 's morgens uit bed til en op de commode leg en hij mij stralend aankijkt. Regelmatig nog als E en ik bij elkaar zijn en er weer "iets" aan de orde komt over de dag van De Bevalling. Een interview op tv met twee tweelingzussen waarvan de ene draagmoeder voor de ander is geweest. Zo week als nu was ik eerder nooit! Zal ik daar ooit weer van afgroeien? Zal alles wat samenhangt met draagmoederschap en babies ooit anders gaan voelen dan nu? En is het eigenlijk niet heel fijn dat ik dit zo door en door kan voélen, echt diep bij mijn gevoeld zit?? Naast deze kostbare gevoelens worden we ook geconfronteerd met de zakelijke kant die bij dit traject hoort. Voor hoogtechnologisch draagmoederschap bestaat in Nederland geen passende wet- of regelgeving. Het uitgangspunt is dat het draagmoederschap vrijwillig door de draagmoeder wordt aangegaan én dat commerciële motieven verboden zijn. Lees: ze mag er geen geld voor ontvangen, slechts een onkostenvergoeding. Het kind dat biologisch gezien van de wensouders is, is in juridische zin het kind van de draagmoeder. En als zij getrouwd, is haar man automatisch de juridische vader van het kind. Volgt u het nog? "De vrouw uit wie het kind geboren wordt is van rechtswege moeder van het kind", zo luidt de passage uit het Burgelijk wetboek. Zou ten tijde van het schrijven hiervan, de wetgever ooit hebben kunnen vermoeden dat er zoiets mogelijk zou zijn als draagmoederschap?? En dan ook nog hoogtechnologisch. Afin, uiteraard zijn wij vieren hiermee bekend en weten we ook welke procedure we moeten volgen om straks óók in juridische zin ouders van S. te kunnen worden. Dit betekende vorige week een mevrouw van de Kinderbescherming op bezoek die een dossier opmaakt voor de rechtbank waar J en ik als voogd van S worden aangewezen als hij drie maanden oud is. Hiervoor voerde zij met ons vieren een gesprek waarbij ze nogmaals toetste of alle afspraken nog waren zoals we ze met zn vieren bedacht hadden. En of E nog steeds geen geldbedrag van ons aangenomen had als tegenprestatie voor de baby. Met deze toetsvragen waren we vrij snel klaar. Ze vroeg ons vervolgens om formulieren te tekenen waarmee J en ik de intentie uitspreken voogd te willen worden van S en E en B de intentie uitspreken ontheven te willen worden van het ouderlijk gezag van S. Deze getekende formulieren gaan mee het dossier in, waarover een rechter dus uiteindelijk een uitspraak zal doen. Overigens volgt dan, als S één jaar is, nog het formele adoptiemoment, maar dat is in dit geval een logisch vervolg op deze maatregel. Als ik het zo opsom komt het misschien wat droog en theoretisch over, maar eigenlijk was het best een confronterend en vervelend moment. Waarom? Omdat, nadenkend over dat ontheffen van E en B van het ouderlijk gezag, zo duidelijk wordt dat onze situatie (en geen enkele htdm situatie) totaal niet past bij deze (verplichte) procedure. Namelijk, die ontheffing is één van de zwaarste maatregelen die de Kinderbescherming kan nemen in geval ouders niet in staat zijn om voor hun kind te zorgen, ze ernstig verwaarlozen of ze zelfs niet eens meer wíllen. En de intentie voor zó'n maatregel moesten E en B dus ondertekenen. Van alle hoepels waar we eerder door heen hebben moeten springen in dit hele traject, viel deze best zwaar. Het gaf met name E zo'n rotgevoel, het druiste zo in tegen juist alle liefde die ze voelt voor S. en voor ons. Natúúrlijk zal zij voor S zorgen als ons iets overkomt, natuurlijk is zij een uitstekende moeder voor haar dochter I. Dat staat allemaal buiten kijf. En toch zijn dit de riemen waarmee in een htdm-traject geroeid moet worden totdat er iets beters voor in de plaats komt. Wat we rationeel uiteraard echt wel snappen. Toen de onderzoekster wegging maakte ze nog een luchtige, grappig bedoelde, maar foute opmerking tegen I. van drie. Die was wat aan het stoeien met E en zei iets in de trant van "dat mag niet stoute mama". In de deuropening, met haar jas al aan besloot ze haar bezoek met "nou meisje, als je ooit problemen hebt met mama, dan weet je me wel te vinden he?!". En liet ons enigszins verbouwereerd achter.